Bijbelstudie Gelijkenissen

De zaaier

Bij de parabel van de zaaier gebruikt Jezus de landbouw als gelijkenis. In de tijd van Jezus was de landbouw een algemeen bekend proces en daarom ook zeer geschikt om een beeld over te brengen. Tijdens het zaaien liep de boer over het land en strooide zaden om zich heen. Het meeste zaad viel op de goede grond maar sommig zaad viel ook richting de randen bij het onkruid, de rotsachtige grond en de weg. Jezus gebruikt deze 4 types gronden om iets uit te leggen aan zijn leerlingen.

MATTEÜS 13:3–9 (NBV)

3 … ‘Iemand ging eens naar zijn land om te zaaien. 4 Tijdens het zaaien viel een deel van het zaad op de weg, en er kwamen vogels die het opaten. 5 Een ander deel viel op rotsachtige grond, waar maar weinig aarde was, en het schoot meteen op omdat het niet diep in de grond kon doordringen. 6 Toen de zon opkwam verschroeide het, en omdat het geen wortel had droogde het uit. 7 Weer een ander deel viel tussen de distels, en toen die opschoten verstikten ze het zaaigoed. 8 Maar er viel ook wat zaad in goede grond, en dat bracht vrucht voort, deels honderdvoudig, deels zestigvoudig, deels dertigvoudig. 9 Laat wie oren heeft goed luisteren!’

Omdat de leerlingen de parabel niet begrijpen geeft Jezus ze zelf ook de uitleg.

MATTEÜS 13:18–19 (NBV)

18 Hoor en begrijp dan nu de gelijkenis van de zaaier: 19 bij ieder die het woord van het koninkrijk hoort maar het niet begrijpt, komt hij die het kwaad zelf is en rooft wat hun in het hart is gezaaid; bij hen is op de weg gezaaid.

Jezus legt hier uit wat het zaad en de grond betekenen. Het zaad is het Woord van het Koninkrijk en de grond waarop wordt gezaaid is het hart van de ontvanger. Johannes leert ons dat het Woord het levende Woord van God, de HEER Jezus Christus is. De parabel gaat dan ook over 4 soorten personen die over Jezus en Zijn evangelie horen.

JOHANNES 1:14 (NBV)

Het Woord is mens geworden en heeft bij ons gewoond, vol van goedheid en waarheid, en wij hebben zijn grootheid gezien, de grootheid van de enige Zoon van de Vader.

Het hart van steen

Het zaad wat op de weg valt wordt direct door de vogels opgegeten. Jezus legt uit dat deze personen over Jezus horen maar het niet kunnen begrijpen. Daarna komt het kwaad zelf (de duivel), geïllustreerd als vogel, om het zaad weg te roven om te voorkomen dat ze gaan geloven en daardoor gered worden.

LUCAS 8:12 (NBV)

12 Het zaad op de weg, dat zijn zij die geluisterd hebben, maar daarna komt de duivel en graait het woord weg uit hun hart, om te voorkomen dat ze worden gered door te geloven.

Deze personen kunnen het Woord geen plek geven in hun hart omdat ze het niet begrijpen. In die zin lijkt het hart van deze persoon ook van steen, net als de harde weg waar het zaad op is gevallen. Verhardt door de begeerte van de zonde, de leugens en de misleidingen die in deze wereld zijn. Het Woord kan gemakkelijk van deze persoon worden weggenomen, zijn hart wordt door misleiding gesloten gehouden voor het Woord.

OPENBARING 12:9 (NBV)

9 … Hij is de slang van weleer, die duivel of Satan wordt genoemd en die de hele wereld misleidt. …

Het oppervlakkige hart

De rotsachtige grond is de grond aan de randen van de landbouwgrond. Stenen die uit de vruchtbare gedeeltes van de landbouwgrond omhoog komen werden door de boer naar de randen gebracht. Deze rotsachtige grond, waar een deel van het zaad is gevallen, heeft te veel stenen, te weinig aarde en is zeer vochtig omdat het water door de stenige grond aan de oppervlakte blijft. Door deze vochtige en warme omstandigheden schieten zaden snel op maar ze drogen ook net zo snel weer uit.

Jezus legt uit:

MATTEÜS 13:20–21 (NBV)

20 Het zaad dat op rotsachtige grond is gezaaid, dat zijn zij die het woord horen en het meteen met vreugde in zich opnemen. 21 Het schiet echter geen wortel in hen, oppervlakkig als ze zijn. Worden ze vanwege het woord beproefd of vervolgd, dan houden ze geen ogenblik stand.

Anders dan de vorige personen begrijpen deze personen de boodschap van het Woord wél, ze staan er ook voor open en ontvangen deze met vreugde. Ze hebben echter een oppervlakkig hart en geloof, hoewel ze het evangelie begrijpen verdiepen ze zich er niet in en bouwen ze hun leven niet op dat fundament.

Ze kunnen bij weerstand geen tegenstand bieden omdat ze zich niet voldoende hebben toegerust met het Woord van God. Hun geloof is oppervlakkig en makkelijk te breken. Ze lijken op de dwaze bouwers, die hun huis niet bouwen op het fundament (Jezus, het Woord), zodra er enige tegenstand komt zakt hun geloof meteen in elkaar. Er is ook een waarschuwing voor dit soort personen in deze parabel: ze zijn er na de geloofsbreuk erger aan toe dan voordat ze het Woord aanvaardden!

Het onbekeerde hart

Tussen de vruchtbare grond en de rotsachtige zijkant van het land was ook een gedeelte waar onkruid groeide. Jezus beschrijft deze personen als personen die het Woord horen maar het door de verstikking van onkruid zonder vrucht blijven.

MATTEÜS 13:22 (NBV)

22 Het zaad dat tussen de distels is gezaaid, dat zijn zij die het woord horen, maar bij wie de zorg om het dagelijkse bestaan en de verleiding van de rijkdom het woord verstikken, zodat het zonder vrucht blijft.

Vergeleken met de eerste 2 personen heeft deze persoon het Woord gehoord en begrepen want het Woord heeft ook diepte gevonden in de grond. Deze persoon zal in het geloof stand kunnen blijven houden bij tegenstand, de duivel zal het Woord ook niet makkelijk kunnen wegroven zoals bij de eerste persoon. Toch is deze persoon alsnog niet vruchtbaar.

Om wat dieper in te zoomen op wat de vruchtbaarheid is kunnen we leren van andere gelijkenissen, zoals Jezus met het vermenigvuldigen van het brood, het wordt alleen maar meer wanneer het werd uitdeelt. Zo is het ook gegaan het het evangelie, het is door Jezus en de 12 apostelen vermenigvuldigt tot aan de misschien wel miljoenen Christenen die er tot nu toe geleefd hebben. Dit is dan ook het beeld van de vermenigvuldiging die plaatsvindt bij het zaaien. Het zaadje is het beeld van het Woord van God wat vrucht draagt: de verkondiging van het evangelie, het Woord van God, de HEER Jezus Christus!

Jezus legt uit dat personen die alleen maar bezig zijn met hun eigen leven, de eigen begeertes en verlangens, geen vrucht dragen, ofwel het Woord niet vermenigvuldigen. Dit wil niet zeggen dat iedereen op de straathoek moet gaan prediken, het Woord kun je op allerlei manieren verspreiden, met de aan jou gegeven talenten. Dusdanig bezig zijn met het eigen dagelijkse bestaan en zelfs met de rijkdommen van deze wereld geven aan dat deze personen gericht zijn op aardse rijkdommen en de begeerten van het vlees. Wij zijn echter geroepen om het ‘vlees af te leggen’ en te leven naar het Koninkrijk van de Hemel, ten koste van ons eigen begeerten.

Deze personen zijn geen Christenen die moeite hebben met zonde in hun leven of Christenen die gaan door een dal in het geloof en even geen goede werken lijken te tonen. Ze hebben het Woord gehoord en aanvaard en verdiepen zich er in maar hebben zich nooit werkelijk bekeerd van hun aardse zondige leven. Dit wil niet zeggen dat ze moeten ‘werken’ om te worden gered maar het geeft wel de staat van hun geloof aan. Dat geloof wordt wellicht wel door hun mond beleid maar wordt niet bekrachtigt met daden die een werkelijk bekeerd hart aantonen.

JAKOBUS 1:22–27 (NBV)

22 Vergis u niet: alleen horen is niet genoeg, u moet wat u gehoord hebt ook doen. 26 Wie meent dat hij God dient, terwijl hij zijn tong niet kan beteugelen, zit op een dwaalspoor, en heel zijn godsdienst is vergeefse moeite. 27 Voor God, de Vader, is alleen dit reine, zuivere godsdienst: weduwen en wezen bijstaan in hun nood, en je in acht nemen voor de wereld en onberispelijk blijven.

In Jakobus kunnen we lezen dat alleen horen niet voldoende is maar dat we ook moeten doen. Dit ‘doen’ is niet het ‘werken’ om iets te bereiken maar het doen van dingen omdat je ergens in geloofd. Vruchtbaar zijn is niet een werk maar een resultaat van dat het Woord goed in het hart is geplant en dat dit hart ook is bekeerd van de wereldse en zondige begeerten. De bekering is dus ook een resultaat van het goed ontvangen hebben van het Woord. Een leven zonder enige vorm van bekering in daden is een teken van een valse geloofsovertuiging!

De ware gelovige

MATTEÜS 13:23 (NBV)
23 Het zaad dat in goede grond is gezaaid, dat zijn zij die het woord horen en begrijpen. Zij dragen dan ook rijkelijk vrucht, deels honderdvoudig, deels zestigvoudig, deels dertigvoudig.’

De ware gelovige kun herkennen aan de vruchten, die zijn een resultaat van dat het Woord op een goede manier is ontvangen. Zij hebben het Woord dusdanig begrepen en geloofd en omdat ze het werkelijk geloven heeft het als resultaat hun leven bekeerd. Als gevolg van die bekering dragen zij rijkelijk vrucht, niet op eigen kracht maar door de kracht van de Heilige Geest die ons verzoend met de HEER Jezus Christus!

Het ware geloof

Jezus is het levende Woord die redding brengt door in Hem te geloven. Eenieder die van Jezus hoort is als een grond waarop wordt gezaaid. Er zijn mensen die het horen maar het Woord niet aanvaarden of dat het snel wordt weggenomen door de listen en leugens van de duivel. Anderen horen het en aanvaarden het maar zijn zo oppervlakkig dat het geloof bij de eerste beste tegenstand schipbreuk lijdt. Weer anderen horen het Woord, ontvangen het en verdiepen zich er ook in maar laten zich er nooit echt door bekeren omdat ze in hun hart alleen maar bezig zijn met hun eigen leven te behagen. Zij die van Jezus horen, het evangelie aanvaarden en zich door hun geloof ook werkelijk bekeerd hebben zijn degenen die het Woord op een goede manier hebben ontvangen. Zij zullen als resultaat van hun ware geloof hun leven bekeren en ook vrucht dragen en het Woord verspreiden op welke manier dan ook.

Bekeren en vrucht dragen is geen werk waardoor men wordt gered, het is een resultaat van een waar geloof in het levende Woord, de HEER Jezus Christus, waarmee wij één zijn geworden door de Heilige Geest. Eenieder die geen vruchten draagt moet vrezen voor een valse bekering, Jezus waarschuwt deze personen ook.

Johannes 15:1–6 (NBV)

[15] 1 ‘Ik ben de ware wijnstok en mijn Vader is de wijnbouwer. 2 Iedere rank aan mij die geen vrucht draagt snijdt hij weg, en iedere rank die wel vrucht draagt snoeit hij bij, opdat hij meer vruchten draagt. 3 Jullie zijn al rein door alles wat ik tegen jullie gezegd heb. 4 Blijf in mij, dan blijf ik in jullie. Een rank die niet aan de wijnstok blijft, kan uit zichzelf geen vrucht dragen. Zo kunnen jullie geen vrucht dragen als jullie niet in mij blijven. 5 Ik ben de wijnstok en jullie zijn de ranken. Als iemand in mij blijft en ik in hem, zal hij veel vrucht dragen. Maar zonder mij kun je niets doen. 6 Wie niet in mij blijft wordt weggegooid als een wijnrank en verdort; hij wordt met andere ranken verzameld, in het vuur gegooid en verbrand.

Er is echter nog altijd hoop voor iedereen die geen vrucht draagt; zoek de HEER Jezus Christus en aanvaardt Hem als HEER over je leven. Begrijp het evangelie ten diepste en laat het Woord je bekeren wat als demonstratie zal gelden van een waar geloof. In Jezus zul je gered zijn en het eeuwige leven hebben en alleen in Jezus zul je vrucht dragen!

MARCUS 1:14–15 (NBV)

14 Nadat Johannes gevangen was genomen, ging Jezus naar Galilea, waar hij Gods goede nieuws verkondigde. 15 Dit was wat hij zei: ‘De tijd is aangebroken, het koninkrijk van God is nabij: kom tot inkeer en hecht geloof aan dit goede nieuws.’

Weg van Jezus
Alle rechten voorbehouden 2025
Designed & developed by Mike Noorbeek